Nadat de goede zoon van Rob van Essen de Libris literatuurprijs heeft gekregen, is de titel Visser uit 2008 herdrukt.
Een
geschiedenisleraar zegt tijdens zijn lessen iets ondoordachts, wordt
geschort en van het een komt het ander. Door dit gebeuren wordt zijn
eigen leven en dat van zijn gezin compleet overhoop gehaald.
Door het
verhaal heen komen we te weten dat de hoofdpersoon Jacob de dood van
zijn dochter niet verwerkt heeft. Zijn opmerking over het neo-nazisme
heeft verstrekkende gevolgen en daardoor wordt hij door sommige als een
held vereerd. Al met al zijn het trieste gegevens. Toch wil je tot het
eind toe weten hoe het Jacob vergaat…
Niet voor het eerst heeft Van Essen de dood tot thema van zijn werk gemaakt. In 2006 verscheen het boek Het jaar waarin mijn vader stierf,
een egodocument over zijn vader en hemzelf. Dit keer creëert de
NRC-recensent een fictief, soms absurdistisch decor om de thematiek op
te voeren. De dood is echter geen overheersend thema, vreemdelingenhaat
en mediahysterie komen ook aan bod en geven de roman een actueel
karakter.
Het verhaal is vanaf de eerste pagina spannend en meeslepend. Van
Essen weet de onmacht van een leraar, echtgenoot en vader, treffend over
te brengen op de lezer. Die onmacht slaat echter plotseling om als de
cynische hoofdpersoon zich opwerpt als beschermer van een terminaal ziek
kindje in het ziekenhuis. In die absurdistische scène, waarmee Van
Essen de lezer overvalt, wordt het lot van Jacob definitief beslecht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten